Dit artikel is eerder gepubliceerd in de Harlinger Courant van 3 augustus 2015.
AMSTERDAM – De redactie van de Harlinger Courant plaatste via sociale media een oproep: welke HC-lezers gaan er dit weekend naar de Canal Parade in Amsterdam? Als u zich afvraagt waar dat over gaat: het is een massale boottocht door de grachten, in het kader van de Gay Pride, met BN’ers, dansmuziek en vrolijk verklede homo’s, lesbiennes en transgenders. Zij laten hiermee zien dat ze bestaan en dat ze trots zijn op wie ze zijn. In het verlichte Nederland intussen de gewoonste zaak van de wereld. In Harlingen dus ook. Of niet soms? We nemen een steekproef.

V.l.n.r. Voor het terras van Grand Café Majestic. Niels Faber (20), Chris Drijfhout (21), Jan Allersma (20), Chantal Keuning (21), Marijke Dijkstra (20). Een mooie, maar prijzige tent. Ach, zo vaak zit je er niet.
Tekst en foto’s: Gijs en Inge van Hesteren
Slechts één reactie kwam er op de oproep. Misschien zegt dat iets over de acceptatie van ‘anders zijn’ in de provincie Friesland. HC-lezer Jan Allersma (20) vond het geen punt. Hij zou met een groep vrienden uit Franeker en Harlingen naar Amsterdam gaan. Natúúrlijk waren bereid tot een kort vraaggesprek ter plaatse.
De Amsterdamse binnenstad was op zaterdag afgeladen vol. Niet minder dan een half miljoen andere Nederlanders waren op hetzelfde idee gekomen. Op zich was dat op te vatten als een massale demonstratie van steun aan de gays, lesbo’s en transgenders. Het zoeken naar Jan en zijn vrienden werd er wat minder gemakkelijk op. Uiteindelijk trof de redactie hen in de trendy lokalen van grandcafé ‘Majestic’, naast het Monument op de Dam.
We gaan gewoon
“Nou nee, zelf zijn we niet homo,” zeiden Jan en zijn vrienden. “Maar we waren al langer van plan om een keer naar de Gay Pride te gaan. We hebben er veel over gehoord. Dit is de eerste keer dat we erbij zijn. We gáán gewoon, zeiden we tegen elkaar.”
Marijke Dijkstra (20), studente aan de NHL: “Ik heb familie in Amsterdam, dus af en toe kom ik er wel eens. Zo heel goed op de hoogte van de leuke plekken in Amsterdam zijn we niet. We lopen onze neus achterna en laten ons verrassen.”
“En we hebben een boodschap,”voegde Allersma eraan toe. “Met ons bezoek ondersteunen we de mensen in Harlingen en Franeker van wie we weten dat ze homo of lesbisch zijn.”
De vijf kennen elkaar van school, van RSG Simon Vestdijk. Intussen zijn ze allen bezig met een studie. Jan Allersma: “Ik zit in Leeuwarden op de NHL, voor de lerarenopleiding. Intussen ben ik derdejaars, richting maatschappijleer. Momenteel zijn we erg bezig met religies en levensbeschouwing. Als ik afgestudeerd ben ga ik het liefst lesgeven op een MBO, in Leeuwarden bijvoorbeeld. Dat lijkt me leuker en minder veeleisend dan een middelbare school, waar de leerlingen jonger zijn en minder serieus.”
Roze shirts
De vrienden liepen bijna allemaal in roze t-shirts. Marijke Dijkstra: “Die houden we op de terugweg gewoon aan, hoor. Het is niet dat we ons ervoor gaan generen, kom nou!” Toch ligt het niet zo simpel als het lijkt. Zou het mogelijk zijn in Harlingen, zo’n Canal Parade als in Amsterdam? Chantal Keuning (21) dacht van niet. “Een soort ‘Harlingen ongeschut’ met mannen in tanga’s, het zou in Harlingen niet kunnen. Daarvoor is de gemeenschap te gesloten. Iedereen weet heus wel van de mensen die homo zijn. Wij kennen ze ook. We vinden het prima en ook met anderen geeft dat geen problemen. Maar als je naar de mentaliteit van de stad als geheel kijkt: zolang het ongezegd blijft kan en mag het, maar niet te openlijk. Dat werkt dan niet.”
Ze waren het helemaal eens met elkaar. Jan Allersma: “Dat is het nadeel van een kleine stad. Iedereen kent elkaar en als je eenmaal een stempel hebt hou je dat. In een grote stad als Amsterdam ben je vrijer, omdat het leven daar anoniemer is. Misschien in het kader van iets groots als Leeuwarden Culturele Hoofdstad 2018, dat het dan mogelijk zou zijn in Friesland. ”
Ook daarover waren ze eensgezind. Niels Faber (20), student Media & Entertainment aan Stenden Hogeschool: “Wie weet komen we na ons afstuderen niet meer terug naar Harlingen of Franeker. Het blijven kleine gemeenschappen. In een grotere stad hebben de mensen minder snel een oordeel over wie je bent en hoe je je zou moeten gedragen. Dat maakt het voor ons jongeren gemakkelijker om een eigen weg te vinden in de samenleving.”
Slotsom van de steekproef: met ‘leven en laten leven’ zijn we in Nederland misschien een paar stappen verder dan in sommige andere landen. Daarvan getuigen vijf jonge stadsgenoten. Aan de andere kant, in de ‘provincie’ valt op dit gebied nog veel winst te behalen.